U bent hier

Verspreid wonen kost gemeenten een fortuin

Bron: 
De Standaard 28 maart 2019
Originele titel: 
Verspreid wonen kost Vlaanderen fortuin
Dit artikel werd gereproduceerd met toestemming van de uitgever, alle rechten voorbehouden. Elk hergebruik dient het voorwerp uit te maken van een specifieke toestemming van de beheersvennootschap License2Publish: info@license2publisch.be.

Nutsvoorzieningen in buitengebied kosten per gebouw zeven keer meer dan in de stad, de kostprijs van het verkeer is dubbel zo hoog, zegt Vito.

BRUSSEL Vlak voor de krokusvakantie tilde de Vlaamse regering de uitvoering van de betonstop, die ertoe moet leiden dat er tegen 2040 netto geen open ruimte meer verloren gaat in Vlaanderen, over de verkiezingen van 26 mei. Juridische opmerkingen en vooral politieke tegenstellingen maakten dat een van de belangrijke doorbraken die deze Vlaamse regering op de agenda had staan, niet meer goedgekeurd raakte.
 
Volgens een studie van het Vlaamse Departement Omgeving en de onderzoeksinstelling Vito doet Vlaanderen er nochtans goed aan er na de verkiezingen snel werk van te maken. Volgens het onderzoek liggen er enorme baten te wachten op het vlak van infrastructuur, mobiliteit en behoud van open ruimte als de betonstop wordt doorgevoerd en nog meer als de ambitie nog wordt opgevoerd.
 
Meer ruimte voor natuur
 
 

De jaarlijkse kostprijs van de aanleg van wegen, riolering, elektriciteit, water- of gasvoorzieningen ligt bij verspreide bebouwing zeven keer hoger dan voor een huis in de stadskern.

De simulaties in het onderzoek leren dat het totale ruimtebeslag in 2050 57.000 hectare lager ligt als we de betonstop doorvoeren. In een nog ambitieuzer scenario, zoals de partij Groen dat voorstelt, blijft er zelfs 75.000 hectare extra onbebouwd. Dat levert tegen 2050 gecumuleerd een kleine 16 miljard euro baten op, berekenen de onderzoekers.
 
In het ambitieuze scenario, waarbij het ruimtebeslag niet alleen wordt stilgehouden, maar zelfs wordt teruggedrongen om plaats te maken voor natuur, bos of landbouw, lopen de baten tegen 2050 zelfs op tot meer dan 25 miljard euro.
 
Per jaar kan er door een betonstop 250 tot 380 miljoen euro op nutsvoorzieningen worden bespaard, één tot twee miljard op mobiliteit en 250 tot 400 miljoen op de opbrengst van open ruimte (gaande van voedsel uit de landbouw tot watervoorziening, red.).
 
Dat heeft alles te maken met de hoge kostprijs van het verspreid wonen, zoals we dat vandaag kennen in Vlaanderen. De jaarlijkse kostprijs van de aanleg van wegen, riolering, elektriciteit, water- of gasvoorzieningen ligt bij verspreide bebouwing zeven keer hoger dan voor een huis in de stadskern.
 
Kostprijs verkeer
 
Ook de maatschappelijke kostprijs van het verkeer ligt bij verspreide bebouwing dubbel zo hoog als bij gezinnen die in de stad wonen. Stadsbewoners zijn minder afhankelijk van de auto, gaan vaker te voet of nemen het openbaar vervoer. In de kostprijs is niet alleen de persoonlijke factuur van de automobilist begrepen, maar ook luchtvervuiling, files, klimaatverandering, geluidshinder of slijtage aan de wegen. Per gebouw bekeken neemt een gebouw buiten de stad bovendien 4,5 keer meer open ruimte in beslag als in de stad. Met andere kosten heeft het onderzoek geen rekening gehouden.
 
‘Toch blijkt er nu al een duidelijke trend: hoe verspreider we wonen, hoe hoger de maatschappelijke kosten’, besluiten de onderzoekers. ‘De urgentie van het voortschrijdende verlies van open ruimte is van die aard dat wachten op verder onderzoek niet wenselijk is.’
 
Kosten stijgen nog
 
De kostprijs van niets doen loopt dan ook alleen maar op. Tegen 2030, over goed tien jaar, kan al een factuur van 5 tot 7,5 miljard euro vermeden worden. Na 2050 lopen de kosten alleen maar verder op. De onderzoekers verwachten dat de kostprijs tegen het einde van de eeuw nog eens drie keer hoger kan zijn dan de 16 miljard in 2050.
Groen ziet in de cijfers het bewijs dat klimaatbeleid loont en er dringend ingegrepen moet worden. ‘Niets doen kost ongelooflijk veel geld en leidt tot een financiële strop’, zegt Vlaams parlementslid Ingrid Pira (Groen). ‘Het ontbreken van beleid dreigt de belastingbetaler nog duur komen te staan.’
 
Volgens de jongste cijfers stijgt de dagelijkse inname van open ruimte nog, terwijl die eigenlijk moet afnemen.
 
WIM WINCKELMANS