U bent hier

Hoger en compacter bouwen? Zeggen gemeenten nee?

Bron: 
De Standaard 16 mei 2017
Originele titel: 
Hoger en compacter bouwen? Gemeenten zeggen nee
Dit artikel werd gereproduceerd met toestemming van de uitgever, alle rechten voorbehouden. Elk hergebruik dient het voorwerp uit te maken van een specifieke toestemming van de beheersvennootschap License2Publish: info@license2publisch.be.

Nieuwbouw ten koste van groen: de overheid wil ervan af, de projectontwikkelaars zijn mee, maar de gemeenten en ­steden spartelen tegen.

Projectontwikkelaars hekelen de ‘achterhaalde’ visie op stedenbouw bij lokale besturen. Ze zijn niet mee met de toekomst van het bouwen.

BRUSSEL We moeten allemaal dichter bij elkaar gaan wonen, want als alle gezinnen die er nog zullen bijkomen een vrijstaande woning bouwen, is Vlaanderen over enkele decennia vol. De oplossing ligt erin kleiner en hoger te bouwen (en het best daar waar er geen natuur voor het project moet worden aangesneden). Volgens de vastgoedontwikkelaars en -investeerders is er daarvoor vandaag één groot struikelblok: lokale besturen zijn er niet happig op om vergunningen te geven aan projecten met compactere en hogere woningbouw.

Meer dan de helft van de ontwikkelaars en investeerders zegt dat de steden en gemeenten niet mee zijn in wat experts als de toekomst van het bouwen beschouwen. Dat blijkt uit een bevraging van de beroepsvereniging van de vastgoedsector (BVS) die vandaag op de jaarlijkse vastgoedbeurs Realty in Brussel wordt voorgesteld.

Kangoeroewoningen

Volgens de enquête van de BVS onder haar leden vindt 74 procent van de ontwikkelaars en investeerders dat de steden en gemeenten weinig bereid zijn om een project goed te keuren dat hoger is dan wat er gemiddeld in de gemeente staat. 58 procent zegt weerstand te ondervinden bij projecten voor woningen die kleiner zijn dan het lokale gemiddelde. Iets minder dan een derde, 30 procent, klaagt er ook over dat de lokale besturen niet openstaan voor ‘vooruitstrevende en innovatieve’ projecten, die bijvoorbeeld meerdere functies combineren (zoals wonen en recreatie) of die generaties samenbrengen (zoals kangoeroewoningen).ntentie heeft ‘om mensen die een woonuitbreidingsgebied in eigendom hebben, van vandaag op morgen te 

‘Gemeentebesturen willen te vaak publiek met een hoger inkomen aantrekken’
OLIVIER CARRETTE
Gedelegeerd bestuurder BVS

Nochtans is precies dat de bedoeling van het Beleidsplan Ruimte Vlaanderen (de ‘betonstop’), waaraan Vlaams minister van Omgeving Joke Schauvliege (CD&V) werkt: verdichting in de steden en kernen van gemeenten, compacter wonen, meer combinaties van verschillende functies in één gebouw. Daarvoor zal de bevolking een klik moeten maken, want particulieren palmen veel ruimte in door vrijstaande woningen in buitengebied te blijven bouwen (DS 8 mei). Maar volgens de vastgoedsector is er dus ook bij de lokale besturen nog een mentaliteitswijziging nodig.

‘Wij staan achter het plan om geen natuur meer aan te snijden voor bebouwing en om te verdichten in de kernen van steden en gemeenten’, zegt Olivier Carrette, gedelegeerd bestuurder van de BVS. ‘We denken daarom mee na over oplossingen en kijken daarvoor ook naar het buitenland. Voor alle duidelijkheid, woontorens met dunne muren zijn geen oplossing. Maar denk bijvoorbeeld aan een appartementsgebouw met vijf of zes verdiepingen, waar op het gelijkvloers gemeenschappelijke ruimtes zijn, zoals een wasplaats. Met zulke gedeelde ruimtes is het ook in kleinere appartementen comfortabel wonen.’

Kiezer behagen

‘In België zijn appartementen gemiddeld 85 vierkante meter groot, terwijl het gemiddelde in de EU rond de 65 vierkante meter ligt. Toch blijven veel lokale besturen, vooral de kleinere steden en gemeenten, eisen dat appartementen groot gebouwd worden. En vaak is alles wat boven de twee of drie verdiepingen komt, niet bespreekbaar. We botsen bij veel steden en gemeenten op een heel ouderwetse visie.’
Volgens Carrette willen gemeentebesturen te vaak de kiezers behagen en publiek met een hoger inkomen aantrekken.

Xavier Buijs, diensthoofd en stafmedewerker ruimtelijke ordening bij de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG), wijst die kritiek van de hand. ‘De gemeenten willen hun identiteit behouden. Het is goed dat ze niet zomaar meegaan in alle plannen en zo wilde verdichting toestaan, onder het motto “hoogbouw is sowieso goed omdat er meer woningen op hetzelfde oppervlak komen”.’

‘Architectuur roept emoties op. Daarom is het goed dat het lokale bestuur, behalve de juridische regels, ook de mogelijkheid heeft om zich erover uit te spreken of een project op een bepaalde plek al dan niet gepast is.’ En los daarvan, zegt Buijs, ‘denkt een groot deel van de gemeenten wél na over verdichting, hoor’.

‘Ondanks beloftes nog altijd bebouwing in het groen’

De betonstop, die komaf moet maken met het bebouwen van slecht ontsloten gronden in het groen, is in aantocht. Maar de Vlaamse regering had allang een halt moeten toeroepen aan de bebouwing van de zogenaamde ‘woonuitbreidingsgebieden’, de zones die ooit bedoeld waren als reserve. Dat vinden Natuurpunt en Bond Beter Leefmilieu (BBL). ‘Vijf jaar geleden heeft de Vlaamse regering beloofd om ze op korte termijn te schrappen. Maar daar is nog niets van in huis gekomen’, zegt Erik Grietens, beleidsmedewerker van de BBL.

‘De regels om in woonuitbreidingsgebieden te bouwen zijn in de loop der jaren zodanig versoepeld dat ze vaak toch worden aangesneden, ook al is in dezelfde gemeente nog woongebied beschikbaar en heeft het woonuitbreidingsgebied een andere belangrijke functie, zoals het opvangen van water bij regen.’

Vlaams minister van Omgeving Joke Schauvliege (CD&V) beaamt dat er meer woonreserve is dan nodig. Ze werkt momenteel aan een lijst van gebieden die een nieuwe bestemming krijgen als ‘gemengd openruimtegebied’.
Dat het zoveel tijd kost, verantwoordde ze in het Vlaams Parlement vorige week door te stellen dat de regering niet de intentie heeft ‘om mensen die een woonuitbreidingsgebied in eigendom hebben, van vandaag op morgen te melden: “U kunt daar niets meer doen.”’ (mec)