U bent hier

Dertien Vlaamse steden vragen 'klimaatverbond'

Bron: 
De Morgen 9 november 2017

Ondertekend door 'klimaatschepenen' van dertien centrumsteden.

Vlaanderen plant volgend jaar een energie- en klimaatplan 2021 – 2030 te lanceren. Elke Vlaamse minister ontving de vraag voor input. Maar lokale overheden zijn tot zover niet betrokken. Vreemd toch?

Heel wat Vlaamse steden en gemeenten hebben zich geëngageerd om actie te ondernemen rond het klimaat. Velen brengen dit vandaag al in de praktijk. Tijdens de klimaatconferentie in Parijs (2015) zijn lokale overheden geprezen om de geleverde inspanningen . In het kader van die klimaattop werd een nieuw engagement gelanceerd waarbij lokale overheden konden intekenen om tegen 2030 de CO2-uitstoot met 40 procent te verminderen.

Een 40 procent-reductie is onhaalbaar door enkel te focussen op laaghangend fruit. Er is een systeemverandering nodig. Verschillende steden realiseren dit: ze bouwen klimaatneutrale wijken en warmtenetten uit, zetten in op autoluwe steden, ondersteunen en ontzorgen burgers en bedrijven om energie te besparen en hernieuwbare energieprojecten op te zetten. 

Steden beperken zich trouwens niet tot de sectoren die onder de burgemeestersconvenant vallen, maar zetten ook in op een transitie van het voedsel- en landbouwsysteem via lokale voedselstrategieën. Lokale overheden dragen bij aan de realisatie van klimaatdoelstellingen van hogere overheden. Omgekeerd heeft het Europees, Belgisch en Vlaams niveau een belangrijke impact op de beweegruimte van lokale overheden. Het klimaatbeleid op diverse overheidsniveaus moet elkaar versterken en elkaars ambities zeker niet fnuiken.

Vlaanderen moet een serieus tandje bijsteken om de klimaatambities waar te maken en heeft daarom belang bij de lokale inspanningen die hiervoor gebeuren

Europese lidstaten maken momenteel hun klimaatplan 2030 op. Hierbij is er op Europees niveau ook heel wat discussie over de betrokkenheid van stakeholders, niet in het minst van lokale overheden. Vlaanderen plant volgend jaar een energie- en klimaatplan 2021 – 2030 te lanceren. Elke Vlaamse minister ontving de vraag voor input. Maar lokale overheden zijn tot zover niet betrokken. Vreemd toch? Zeker daar lokale overheden doelstellingen helpen realiseren en vanuit hun praktijk ook beter knelpunten voor verdere ambities benoemen.

Scherp blijven

We pleiten voor de oprichting van een echt Klimaatverbond zoals dat in heel wat Europese landen bestaat. Een verbond dat fungeert als lerend netwerk en als overlegstructuur met hogere overheden. Zo’n netwerk stuurt er ook op aan dat de klimaatambities van hogere overheden voldoende scherp blijven. En last but not least zorgt zo’n netwerk ook voor ondersteuning van voorlopers. Voorlopersteden testen nieuwe aanpakken uit en geven ruimte aan innovatieve technologieën. Lokale voorlopers hebben nood aan uitwisseling met hun peers en gestructureerd overleg met hogere overheden voor het zoeken naar oplossingen voor knelpunten in beleid en wetgeving.

In Vlaanderen ondersteunen de provincies de gemeenten in hun klimaatbeleid. Ook VVSG wil op dat vlak een tandje bijsteken. Maar om tot een echt Vlaams Klimaatverbond te komen, is er nog veel ruimte voor verbetering.

Vlaanderen moet een serieus tandje bijsteken om de klimaatambities waar te maken en heeft daarom belang bij de lokale inspanningen die hiervoor gebeuren. Maar Vlaanderen moet dan ook van de lokale overheden echte partners maken bij de opmaak van het Vlaams klimaatplan.

Wij, schepenen van de centrumsteden, willen onze rol opnemen. Een actief Vlaams Klimaatverbond is hiervoor nodig.

Tine Heyse (Gent), Mohamed Ridouani (Leuven), Ann Van de Steen en Iwein De Koninck (Aalst), Nabilla Ait Daoud (Antwerpen), Pablo Annys en Mieke Hoste (Brugge), Joost Venken (Hasselt), Tom Germonpré (Oostende), Michèle Hostekint (Roeselare), Hannes Anaf (Turnhout), Bert Herrewyn (Kortrijk), Wout De Meester (Sint-Niklaas), Marina De Bie (Mechelen), Gianni Cacciatore (Genk).  

Dit artikel draagt bij aan volgende duurzame ontwikkelingsdoelen: