U bent hier

InDruk-wekkend samenwonen in Borgerhout: “Het dorp in de stad waar we naar zochten”

Bron: 
GVA 6 november 2021
Dit artikel werd gereproduceerd met toestemming van de uitgever, alle rechten voorbehouden. Elk hergebruik dient het voorwerp uit te maken van een specifieke toestemming van de beheersvennootschap License2Publish: info@license2publisch.be.
De rampzalige toestand van onze planeet dwingt de mens steeds meer tot ecologisch denken. Tegelijk wordt de ruimte voor een huis met tuin elk jaar krapper. InDruk in Borgerhout is een bio-ecologisch bouwproject dat aan achttien gezinnen onderdak biedt. Als samenlevingsvorm kozen ze voor cohousing. Tijdens de opendeurdagen van Ecobouwers tonen ze hoe ze het beste van twee werelden combineren. 
 
De langgerekte gevel in de Prins Leopoldstraat verschilt niet van wat we in veel Antwerpse straten zien. Appartementen zijn nu eenmaal een deel van de oplossing voor het tekort aan woongelegenheid in de stad. Maar achter deze gevel schuilt een ander verhaal. Via Cohousing Projects dat in heel Vlaanderen projecten uit de startblokken helpt, kwam in 2015 een groepje gelijkgezinden terecht bij Drukkerij Onzea die ging verhuizen en het industrieel pand te koop zette. 
 
 
Traject van vijf jaar 
 
Liesje en Jasper kwamen in 2016 aan boord. Liesje: “We waren toen met tien gezinnen, koppels en alleenstaanden. Ik was meteen gewonnen voor het idee van cohousing en Jasper vond het ecologische aspect belangrijk. We hebben talloze avonden besteed aan infosessies om de groep compleet te maken. Pas dan konden we beginnen te bouwen. Het zou anders financieel niet te dragen zijn, omdat we zonder projectontwikkelaar werkten.” 
 
De drukkerij werd afgebroken en voor de plannen voor achttien privatieve woonunits, klopten ze aan bij het bio- ecologisch ontwerpteam van het Architecten Atelier Archi4. Jasper: “De plek was ideaal: midden in de stad, de juiste oriëntatie plus een grote ruimte om te ontpitten voor de binnentuin en het common house dat we samen zouden delen. Na de aankoop van de grond beslisten we om Cohousing Projects los te laten en op eigen vleugels verder te gaan. We richtten werkgroepen op, zoals het bouwteam dat met de architect de plannen uittekende. Enkele bewoners die juridisch onderlegd waren, zochten naar de beste formule om in een gemeenschap te leven en toch je woonruimte in eigendom te hebben.” 
 
“Vanaf het begin hebben we erover gewaakt dat iedereen zich kon vinden in het ecologische aspect en ook financieel meekon, want bio-ecologisch bouwen is nu eenmaal duurder. Bovendien heeft het traject vijf jaar geduurd, zodat het vooropgestelde budget door prijsstijgingen van de materialen wel wat overschreden werd. Met kleine besparingen is het ons gelukt om de basis bio-ecologisch te houden. Iedere maand vergaderden we met alle bewoners en elke beslissing is in consensus genomen.” 
 
Warm hout 
 
Het resultaat is een wooncomplex van vier bouwlagen waarvan de benedenverdieping in silicaatsteen is uitgevoerd en de bovenliggende etages in houtmassiefbouw. Alleen de kelder en de eerste vloerplaat zijn in beton. In de trappenhal voelen we meteen de warmte van duurzaam CLT- of kruislaaghout (sterke houten constructieplaten opgebouwd uit drie of meer lagen kruislings verlijmde vuren lamellen) dat er prominent aanwezig is. De lift zit vakkundig verstopt aan de achterzijde. Liesje en Jasper wonen twee hoog. We komen er via de passerelle die per verdieping de woonunits verbindt, zonder nadrukkelijke scheiding van de terrassen. Een tip trouwens van Cohousing Projects dat erop hamert dat alle kansen gegeven worden aan passage en ontmoeting. 
 
In hun appartement kozen Liesje en Jasper voor een minimalistische leefruimte. “We willen ons niet beperken tot één interieurstijl. Heel wat meubels vonden we tweedehands. Ook op de zolder van onze grootouders vonden we prachtige spullen. ‘Omaaatje, heb je dat nog nodig?…' De keuken hebben we zelf getekend en laten uitvoeren door schrijnwerker Thomas Campo van wie we allebei fan zijn.” Het CLT-hout dat overal in de woning zichtbaar is gebleven, zorgt voor een harmonieuze verbinding. 
 
Common house 
 
Om cohousing te doen slagen, neemt de plek die bewoners delen een flink deel van de beschikbare ruimte in. “Of dat zou toch moeten”, lacht Jasper die ons een rondleiding geeft in het common house dat de hele breedte van het pand overspant. “We hebben voorbeelden gezien waar het niet meer was dan een schuurtje in een hoek van de tuin.” Onder leiding van het bouwteam werd het common house samen gebouwd. 
Jasper: “De isolatie is van kalkhennep. Ik herinner me nog de bloedhete zomer toen we met zijn allen in de tuin de hennep hebben gestampt. Vandaag kennen we de luxe van een polyvalente zaal met een professionele keuken. We komen hier samen voor vergaderingen, een avond gezelschapsspelletjes of een kookdag. Ook familiefeestjes kunnen. En ik droom al stilletjes van lezingen en kleine evenementjes. Het is belangrijk dat we het samenlevingsconcept aan de gang houden.” Langs de speelstraat komen we terecht in het naaiatelier waar Leen door Karine een kledingstuk laat passen. Er is een ‘vuil' atelier voor het grove werk, zoals fietsen herstellen en een ‘proper' atelier waar bewoners kunnen naaien of tekenen. We zien een coworkingplek, sanitair en een logeerkamer. Op de deur bengelt het bordje ‘bezet'. Jasper: “Ze wordt intensief gebruikt voor gasten voor wie in de appartementen geen slaapruimte is. Dat is echt een meerwaarde.” 
 
Reilen en Zeilen 
 
We steken de tuin over waar Gert en An naarstig emmers water scheppen uit wat een speelweide moet worden. “We hebben nog een afvoerprobleem”, zegt Gert. “De wadi's werken blijkbaar niet voldoende.” Maar verder oogt de tuin al aangenaam, met veel bloemen, schaduwplekjes, kinderschommels en een podium. Marcia zit er wat te zonnen. Zij komt oorspronkelijk uit Brazilië, echtgenoot Ben heeft Duitse roots. Marcia: “We woonden op het Eilandje, maar daar vonden we het te koud. Niet wat temperatuur betreft, eerder dat er geen contact was omdat de meeste bewoners er niet permanent verblijven. Borgerhout is in dat opzicht een verademing. Dit is echt het dorp in de stad waar we naar zochten. We kozen voor cohousing om opnieuw een familiegevoel te hebben. Onze ouders wonen ver weg en deze gemeenschap vangt het gemis prima op.” 
 
Hun appartement hielden Marcia en Ben sober, met een open leefruimte, een bureau waarvoor Ben zelf de meubels maakte, twee slaapkamers en de badkamer. Of er in het interieur invloeden van Brazilië zijn geslopen? “Nee”, lacht Marcia, “alleen wat schilderijtjes van mijn thuisland. Wat me echt dierbaar is, is het wonen hier. Dingen samen doen. Ik zit in de werkgroep Reilen en Zeilen die de spelregels van het samenleven op orde houdt. Binnenkort ga ik met enkele medebewoners in het common house koken. En nee, het zal niet allemaal Braziliaans zijn!”
 
Zelf meubels maken 
 
Een verdieping lager hebben Evelyn en Vincent hun intrek genomen. Zij stapten laat in het project en hadden dus niet zoveel keuze in de nog vrije appartementen. Evelyn. “We waren niet bewust op zoek naar een huis, maar hielden wel de cohousingprojecten in Antwerpen in het oog. Toen we een info-avond van InDruk zagen passeren, waren we er meteen voor gewonnen.” Enkele maanden geleden kregen ze hun eerste kindje Ren. “Het was best heftig”, zegt Evelyn, “gelukkig hadden de buren de diepvries met kraamkost gevuld.” Vincent maakte zelf de keuken en de meubels, en hij zit ook in het klusteam. Het vak leerde hij in het schrijnwerkersatelier van zijn vader. “De ruimte is niet zo groot, dan moet je het slim aanpakken”, zegt hij. “Alles is gemaakt met dezelfde houtsoort, dat brengt rust in het interieur. En elke centimeter ruimte is benut, bijna zoals in een tiny house.” 
 
Evelyn maakt nog een bedenking bij de houtmassiefbouw: “De panelen worden in de fabriek gemaakt, compleet met bekabeling en uitsparingen voor o.a. de stopcontacten. Je moet vooraf dus goed nadenken als je iets wil veranderen. Met het verplaatsen van onze terrasdeur deden we dat niet, zodat de lichtschakelaar een eind verder staat. Niet echt praktisch als je in het donker binnenkomt.” 
 
Samen leven 
 
Wie kiest voor cohousing, heeft zich te houden aan spelregels. Liesje: “We hebben nog elke maand onze vergadering waar nieuwe ideeën of praktische details die pas opduiken eenmaal je er woont, worden besproken. In totaal kwamen we met 35 bewoners begin 2021 aan, midden in de pandemie. Van samen leven was toen geen sprake, al organiseerden we binnen de groep al vlug een take-out. Ook bij een huwelijk of verjaardagen wordt iedereen betrokken, zonder daarvoor een groot budget aan te spreken. Twee puddinkjes op het terras vinden omdat buren weten dat het Jaspers lievelingseten is, maakt ons even blij.” 
 
Cohousing leert ook veel over wie je bent. Vincent heeft intussen ‘nee' leren zeggen: “In het klusteam is er snel de verleiding: ‘ik zal dat wel maken', omdat ik het nu eenmaal graag doe.” Evelyn heeft vooral het sociale contact nodig. “En ik heb geleerd dat ik tijdens de soms lange vergaderingen wat meer geduld moet hebben”, voegt Ben eraan toe. Maar tot dusver heeft InDruk de zaakjes prima onder controle en kijken ze met zijn allen uit naar wat de toekomst hen nog voor moois brengen zal. 
 
Wat is bio-ecologisch bouwen? 
 
Steven Bydekerke en Mark Depreeuw van het bio-ecologische ontwerpatelier Archi4 tekenden het cohousingproject van InDruk en begeleidden de bewoners in hun duurzame keuzes. 
 
Steven: “We hebben naast het ecologische aspect ook maximaal ingezet op biologisch bouwen, waarbij we materialen kozen die ook goed zijn voor de gezondheid van de bewoners. CLT-hout bevat geen schadelijke stoffen en is ademend. Een huis moet immers aanvoelen als een derde huid. In het common house werkten we de isolatie van kalkhennep af met leempleister. Dit werkt vochtregulerend wat een optimaal binnenklimaat garandeert." 
 
"Tegelijk zijn hout en hennep circulaire materialen. Na gebruik kunnen we ze als compost teruggeven aan de natuur. Ondergronds plaatsten we citernen om het regenwater op te vangen voor de gemeenschappelijke wasmachines en de toiletten. Ook over energievoorziening is goed nagedacht." 
 
"Ons atelier heeft bij InDruk voor het eerst het systeem van collectieve lucht-water-warmtepompen toegepast. Ze staan op het dak en door een circulatieleiding wordt de energie voor de verwarming tot in de woonunits gebracht. Met een booster kan elk gezin de temperatuur van het water voor de afwas en de douches zelf aanpassen. Duurzaam bouwen is zoeken naar oplossingen die het milieu niet extra belasten of de bodem uitputten. Want ook toekomstige generaties moeten nog bouwgrondstoffen hebben.” 
 
Suzanne Antonis
 

De InDruk kan je nog bezoeken tijdens Ecobouwers Opendeur op 11 en 13-14 november.

Speciaal voor lokale besturen 

Wil je gemeenschappelijke woonvormen zoals cohousing, co-wonen, woningdelen of zorgwonen in de tuin een duwtje in de rug geven in jouw gemeente? Zoek je begeleiding bij een concreet project, de uitwerking van een visie, kader of plan? Dan is er goed nieuws: provincie Vlaams-Brabant biedt haar gemeenten gratis begeleiding op maat aan, in samenwerking met de ervaringsdeskundigen van Samenhuizen vzw.
Dit artikel draagt bij aan volgende duurzame ontwikkelingsdoelen: