U bent hier

Gemeentehuis Bierbeek trotseert de kou met lokale biomassa

Bron: 
Het Nieuwsblad 10 december 2017
Dit artikel werd gereproduceerd met toestemming van de uitgever, alle rechten voorbehouden. Elk hergebruik dient het voorwerp uit te maken van een specifieke toestemming van de beheersvennootschap License2Publish: info@license2publisch.be.

BIERBEEK - De duurzaam beheerde houtkanten van Bierbeek zijn gesnoeid om het gemeentehuis te verwarmen. Dat gebeurde in het kader van het Vlaams-Brabantse klimaatproject ‘Hout van het Dijleland’.

“Het gaat hier niet om het zomaar rooien van bomen”, verduidelijkt burgemeester Johan Vanhulst (CD&V). “De houtsnippers verkrijgen we door het onderhoud van onze houtkanten. Ons nieuwe gemeentehuis beschikt over een biomassaketel waarin de houtsnippers aan zeer hoge temperaturen verbrand worden. Dat is een duurzaam alternatief voor de klassieke fossiele brandstoffen.”
 
“Door de verbinding die gemaakt werd met de installatie van cultuurcentrum De Borre, kan in het tussenseizoen ook ons vrijetijdscentrum met biomassa verwarmd worden. Bij langdurige, ijskoude periodes kan de klassieke gasinstallatie zo nodig bijspringen om het gemeentehuis te verwarmen.”
 
Jaarlijks is 40 tot 60 ton snoeisel nodig om het gemeentehuis te verwarmen. In de bunker onder het gemeentehuis is plaats voor acht ton snoeisel. Tijdens de barre wintermaanden kunnen we het gemeentehuis daarmee drie tot vier weken verwarmen.
 
Experiment
 

Door de verbinding die gemaakt werd met de installatie van cultuurcentrum De Borre, kan in het tussenseizoen ook ons vrijetijdscentrum met biomassa verwarmd worden. Burgemeester Johan Vanhulst (CD&V)

Momenteel zit het project in de experimentele fase en werd aan één kilometer van de houtkanten gewerkt. Dat leverde twintig ton snoeiafval op. Onvoldoende voor het hele jaar, maar er is nog 30 km aan houtkanten geïnventariseerd. Vrijdag werd de eerste lading snoeisel in de bunker onder het gemeentehuis gestort.
 
Volgens projectcoördinator Joost-Pim Balis van het agrobeheercentrum Eco2 hebben de houtkanten een belangrijke cultuurhistorisch waarde: “Vroeger waren bijna alle randen van landbouwpercelen, taluds en holle wegen, begroeid met dit soort van beplanting. Ze werden ook goed onderhouden. Om de tien jaar werden de takken van deze houtkanten gesnoeid voor brandhout, constructiehout, of om gereedschap en meubels te maken. Door de opkomst van fossiele brandstoffen verloren deze houtkanten hun nut en werden ze grotendeels vervangen door prikkeldraad. Dat is jammer, want deze houtkanten hadden eveneens een belangrijke ecologische functie. Veel planten, insecten, zoogdieren en vogels vonden hier een specifieke leefomgeving.”
 
Voor gedeputeerde van Duurzaamheid en Leefmilieu Tie Roefs (Groen) is de ecologische waarde van dit project niet te onderschatten. “Momenteel importeren we 80 procent van onze energie. Daarom waren we op zoek naar klimaatneutrale en lokale energiebronnen. Er wordt ook geen fossiele koolstof meer in het milieu gebracht.”