U bent hier

De betonstop: Gent bewijst dat het kan

Guillaume Piron

Het stadsbestuur van Gent laat zien dat een betonstop wel degelijk kan. De stad maakt een ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP) op om bestaande open ruimtes te vrijwaren en nieuwe natuur een plaats te geven. Dankzij het plan wordt meer dan 250 ha bestaand groen beschermd en komt er 140 ha nieuwe natuur- en boszone bij. Een voorbeeld voor andere steden en gemeenten. 

Erfenis van het gewestplan

Op het gewestplan uit de jaren ’70 en in vele Bijzondere Plannen van Aanleg uit de jaren ‘80 werd nogal kwistig rondgestrooid met harde bestemmingen, zoals woonzones of gebieden voor openbaar nut. Daardoor verdwijnt er nog steeds waardevolle open ruimte, om plaats te maken voor woningen of parkings. Meestal is dat onomkeerbaar. 

Van grijs naar groen

Met een nieuw ruimtelijk uitvoeringsplan (het RUP Groen) wil de stad Gent deze ongewenste evolutie tegengaan en groene gebieden zo goed mogelijk behouden. Het gaat in totaal om meer dan 100 deelgebieden in de stad die vandaag nog bebouwd kunnen worden, maar binnenkort niet meer, dankzij het RUP: zowel kleinere stukken in de woonwijken, het woongroen, als grotere open ruimtes aan de rand. Afhankelijk van de bestaande toestand en hun biologische waarde krijgen deze zones een herbestemming als park, natuur of bos. En het plan gaat nog verder. De stad kiest ook resoluut voor bosuitbreiding, natuurontwikkeling en nieuwe parken. Veel van die ontwikkelingen zijn nu niet mogelijk door de bestemming op het gewestplan.

Klimaatrobuuste stad

Dit RUP past ook in de klimaatdoelstellingen van de stad. Met haar Klimaatadaptatieplan wil Gent de stedelijke omgeving klaarmaken voor de klimaatverandering. Door in te zetten op ontharding, ruimte voor water en extra groen, wil de stad het zogenaamde hitte-eilandeffect (waarbij verharding zorgt voor hogere temperaturen in de stad dan in het omliggende platteland) milderen, overtollig regenwater opvangen, droge periodes overbruggen en fijnstof afvangen.